Verslag NK tandem 2005
door Victor Droop
Twee dagen heb ik lichtelijk chagrijnig
en wat wezenloos voor me uitgekeken. Het is lang geleden dat een sportief
evenement
mij zolang in de greep heeft
gehouden. Alles leek erop dat het NK voor onze tandem zeer gunstig zou verlopen.
De voorbereidingen waren redelijk, ik had de afgelopen maand 350 kilometer
in de benen, waaronder een wedstrijd in Woensdrecht. Het weer was optimaal,
zon, niet warm 18 graden, nauwelijks wind en de omgeving was bekend. De fiets
was okay. En alles en iedereen was prima op tijd aanwezig. En toch lukte het
niet om een echt goed resultaat neer te zetten. Volgens mijn zus lijdt ik aan
het Gianni Romme complex. "Je had de benen niet!" Ik had namelijk
dus de benen wel. " Dan heb je het Bob de Jong complex". Bob de Jong? " Ja
Bob! Je had de benen wel, maar VERDER lukte het niet. " O.
Al in de aanloop naar het NK had ik een paar onzekere gevoelens. Ik was goed
voorbereid, maar toch, zou ik de wedstrijd niet onderschatten? In de loop van
de week zette ik me over dat gevoel heen, maar donderdag stak het weer de kop
op. Na een telefoontje met de coordinatie besloot ik ons tijdschema nog even
te wijzigen en Kathrin Goeken, mijn stoker, op te bellen om een dag eerder
naar Arnhem te komen omdat we anders in grote tijdnood zouden komen. Op zich
een goede zet. Ik had nog een lichte looptraining voor haar in gedachten. Dan
zouden we in elk geval goed kunnen slapen. Vrijdagavond belde Kathrin. Ze was
iets verlaat maar lag noch redelijk op schema, ik haalde haar op van de bus
om 21 uur. Ze zat er niet in. Pats, daar lag de looptraining in het water.
Een half uurtje later belde Kathrin weer. Aha, de bus gemist??? Nee dat niet,
ik ben een halte eerder uitgestapt. Waar ben je dan nu? Ergens bij jou in de
straat. Ik sjokte weer naar beneden en pikte Kathrin voor mijn flat op.
Ze was wel redelijk gemotiveerd voor de wedstrijd, zei ze. We deden een kleine
modeshow om te kijken in welk wedstrijd shirt we zouden rijden. Het rood wit
groen oogde aardig, maar oranje staat Kathrin veel beter dus we waagden de
gok van het oranje shirt. De Looerf wedstrijdschoen paste haar uitstekend.
We belden nog even met Jan Mulder over dit resultaat en bestelden bij hem een
paar extra pedalen. Jan bleek licht geschrokken door het telefoontje waarmee
we hem aanriepen. Hij dacht dat we zouden afbellen. Dat hadden er blijkbaar
al meer gedaan. Afbellen? Welnee, we zijn goed gemotiveerd. Ik wilde wel eens
weten hoeveel ermee deden in onze groep, maar daar wist Jan niks over te zeggen.
De volgende morgen trokken we na een goed ontbijt richting Eibergen. Tot hier
verliep alles fantastisch goed. We haalden ons rugnummer op en keken wie er
allemaal binnen kwamen druppelen. Dat waren zo achtereen volgens: Elias van
Groeningen en Judith, Bart Grootzevert en Luuk Lukassen, Norbert, Jur Prijs,
het busje van Theo Verlouw en Esther, Jan en Suzanne van Veen, de Waalse tandem
die iedereen verraste in Woensdrecht, Arnold Polderman en Heerko Gorter en
Fiktoor en Stelleman.
Jan Mulder arriveerde met onze fiets en Richard Bonhof met de pedalen. Het
fietsen met lookpedalen was even wennen voor Kathrin maar daar hadden we nog
een kwartier voor. Dat ging goed. Onze tactiek was om achteraan in de groep
te starten. Dit omdat mijn snelle starts tot nu toe meteen na de eerste bocht
afgestraft werden.
Zowel de start van de heren als die van de mixed verliep soepel. Maar wat mij
betreft iets te, ik kwam toch vooraan te zitten, terwijl mijn voet nog niet
op het pedaal klikte. Ik wachtte bewust om twee tandems te laten passeren,
de vijfde tandem met Judith en Elias bleef achter mij bij het ingaan van de
bocht. Ik zat nog steeds niet met de voet in het pedaal, toen Verlouw al begon
te trekken en de groep van ons weg sleurde. Wij moesten hard aan zetten om
in het laatste wiel te komen, wat net niet lukte. Ik vond het verstandiger
de groep te laten gaan om ons niet te snel te forceren. Kathrin had hier de
pest over in. Drie rondes reden we alleen over de het parcours en hebben we
redelijk goed tempo gefietst.
Vlak na de eerste bocht stond Robert Robijns, ik zag dat er iets niet goed
met hem was. Hij keek wat starend voor zich uit en wees naar zijn zij. Steek!
Het leek verder niet zo erg. Iets verder stond Norbert. Wat heb je ? Pech met
de fiets! O. Wij reden hoofdschuddend door in ons tempo.
In het begin van de vierde ronde werden we voor de eerste keer gepasseerd door
de heren, een tweetal met Lukassen en Stelleman, een pelotonnetje van 5 of
zes tandems volgde op vrij korte afstand. We reden op de weg naar de finish
toen DelChambre van Ginneken ons passeerde. Wij reden rechts van de weg , zij
links, het leek mij wel de moeite waard om ook naar links te zwenken om te
voelen of daar minder wind was. Het maakte niet veel uit. De wind stond hier
pal op de weg. Wij zwenkten weer terug. Om door de wind te komen wilde ik terugschakelen
naar een kleiner blad, maar daar bleken we al op te zitten, ik schakelde door
en pats, daar begon de ketting te rammelen . Hij vloog eraf en bleef vast zitten
tussen frame en wiel. Pech, maar gelukkig waren we in de buurt van de mensen
en in tien minuten was het euvel verholpen. Alle tandems waren ons nu uiteraard
met gemak gepasseerd.
In de vijfde ronde werden we gedubbeld door een tweetal tandems: Van Groeningen/Lambrechts
en van Veen/van Veen, die zich hadden weten los te maken van Verlouw en .....,
een geroutineerd elite renner. Het bleek dat onze achterstand op Theo helemaal
niet zo heel groot was als gedacht, maar wij waren totaal verstoken van info
uit de koers en dachten dat we op minstens een kwartier a 20 minuten lagen.
Ondertussen passeerde de kopgroep van de heren voor de tweede maal, nu met
Polderman en Bonhof op kop als leidend tweetal. Een groep volgde op 2 a 3 minuten.
Het was wel duidelijk dat ze niet meer terug zouden komen. In die groep favorieten
als Lukassen en Prijs, die er dus vandaag niet aan te pas kwamen. Met name
Luuk had het moeilijk vandaag na zijn vlotte eerste rondes.
In de zevende ronde werden we 'in de bel voor de laatste ronde' voor de tweede
keer ge'dubbeld', maar hierdoor konden we wel een eind samen op rijden met
de nummer drie uit de koers die we na een halve ronde ook weer moesten laten
gaan. Elias van Groeningen hoefde nauwelijks te sprinten om de Westlandse tandem
van van Veen/van Veen voor te blijven en de titel op te strijken. En terwijl
we met een sprintje net konden voorkomen dat Verlouw die vierde werd ons ook
nog eens zou dubbelen,( dan zou de blamage kompleet zijn geweest ). Wij mochten
de strijd staken, we hebben de wedstrijd uitgereden, maar daar was ook alles
meegezegd, een rol van betekenis konden we niet spelen.
Het wachten was nu op de finale van de heren. In de bel voor de laatste ronde
lag Polderman / Gorter een tiental meters voor op Bonhof/ van Gortel. Er werd
voluit gekoersd , het lukte Bonhof niet het wiel van Polderman te pakken. Ook
op het laatste rechte stuk bleef de situatie ongewijzigd, zodat Arnold Polderman
en Heerko Gorter in vrij korte tijd hun tweede nationale titel op konden strijken.
Achter hen ontspon zich nog een klein gevecht om de derde plaats. Die werd
gewonnen door een voor mij nog onbekende tandem.
Opvallend was wel dat alle drie de Belgische tandems in het stuk van vandaag
niet voorkomen. De Walen die in Woensdrecht een sterke indruk hadden gemaakt
eindigden ergens in het Peloton. Robert Robijns was in de eerste ronde al afgestapt
wegens genoemde steek in de zij, en ook Delchambre en van Ginniken moesten
genoegen nemen met een plek achter in het peloton. Zodoende bleven de medailles
toch in nederlandse handen.
Victor, deelnemer met bre(e)d(t)e-sport-instelling