Breedtesportweekend 's Heerarendskerke, 16 en 17 juli.
Goed weer is altijd handig voor een sportweekend. En mooi weer was het in Zeeland afgelopen weekeinde. Temperaturen rond de 25 graden, een lichte zeebries en wat schaduwwolkjes, optimaal fietsweer.
Zelf had ik er al een stevige tocht op zitten toen ik 's Heerarendskerke binnen kwam piekelen. Vlakbij Goes had ik nog een rare aanloper van m'n achterwiel gehad, maar was verder zonder kleerscheuren binnenkomen rijden. Ik had voor mezelf het weekeinde omgezet in een Vierdaagse, dus: heen en terug ook fietsen, vanaf Arnhem zo'n 225 kilometer. Zoiets is goed te doen als je overnacht in Stay Okay Bergen op Zoom of Chaam. Ik kwam snel op gang op de heen etappe, om 13 uur reed ik al door Den Bosch. Daarna kwam ik in voor mij steeds onbekender gebied en werd het zoeken geblazen naar de Zeeuwse kleigrond.
"Wat kom je doen?" was de eerste vraag van Jan Mulder. Mijn doelen
waren helder. "Meebeleven en waar mogelijk wat meefietsen, vorig jaar
was het een uitstekend weekend geweest namelijk. Toen heb ik al wat gescout.
Met name Davy Mertens
zou ik wel eens willen zien rijden. Is die er?"
Natuurlijk was Davy er, in een flitsend nieuw wielershirt. "Heb je betaald?" vroeg
Jan. Hmm,hmmm, hmmm, wel geprobeerd. "Regel dat dan eerst even" ,
was het antwoord van Jan. Daarna begon voor mij het wieleravontuur.
Mijn andere doel was om twee nieuwelingen te zien acteren in de wedstrijd,
te weten Rinne Oost en Albert Nap van Loo Erf Apeldoorn. En te kijken of hun
voorbereiding op de wedstrijd wel 'profi' genoeg was geweest.
Toppers:
Met tandemer Alfred Stelleman wandelde ik naar de start. Hij zei dat hij goed
in vorm was, wel wat extra IPC punten kon gebruiken. Met wie rijd je? Met David
Fictoor.
De steppers en handbikers stonden aan het vertrek toen wij er aan kwamen. "Er
zitten ook ligfietsen in jullie race, vind jij dat niet lastig? Die kleine
sigaartjes om je heen?"
Het maakte Alfred niet veel uit, "ik zie toch hooguit wat schimmen, voor
mij is de concurrentie belangrijker om in de gaten te houden, Arnold en Luuk."
Polderman reed deze keer met 'Ko' Gorter, die blufte dat ie 's morgens nog
80 kilo biefstuk gesneden had. Als tandem volger weet je dan wel hoe laat het
is. Heerco was goed gemotiveerd!
Drie tandem toppers zouden dus in het veld rijden. Verder waren er nog een
fiks aantal andere tandems waaronder de twee nieuwelingen en de Belgische kampioen
Delchambre-van Ginneken. De wedstrijd zou een mix gaan worden van topsporters
en breedtesporters.
Breedtesport:
Klokslag 16 uur klonk het startschot voor 44 ronden van ruim 1, 5 kilometer
voor de tandems en ligfietsers. Kwa afstand maakt het dus niet uit of je een
topper of breedtesporter bent. Naar mijn idee zou dit principe eens ter discussie
gesteld mogen worden. Het kan namelijk spannender worden als de breedtesporters
minder ronden rijden, maar wel een eigen finish sprint krijgen.
Je zag nu al dat er stevig aan getrokken werd bij de premie sprintjes. Buiten
gewoon knap van Rinne en Albert dat ze in hun eerste wedstrijd al 30 ronden
het wiel konden houden van ervaren tandemracers als Delchambre van Ginneken,
meerdere malen kampioen van wielerland België.
Het koersverloop was voor de nieuwelingen misschien wat anders dan geplanned.
Voor Rinne was lang onduidelijk wie met hem zou rijden, Nico Tolleman of ondergetekende.
Uiteindelijk trok Nico aan het langste eind. Na nog van wiel gewisseld te hebben
kwamen beide mannen aan het vertrek.
Albert Nap reed met 'local' Richard Korstanje. Deze tandem had botte pech bij
de start. Ze hadden slim positie gekozen met hun plekje tegen de jurybus, maar
bij de eerste trap vloog de ketting eraf. Dit hadden ze niet meteen in de gaten.
Het leek wel op de start van Lance Armstrong in de proloog van de Tour waarbij
ie niet in z'n pedaal kon komen. Jammer jammer, je ligt dan al meteen uit de
wedstrijd eigenlijk. Tenminste zo voelt dat dan.
Maar de jury reageerde schappelijk. Albert en Richard kregen: Totale Rondevergoeding,
wat betekent dat ze hun mankementen mogen reparreren en daarna gewoon bij een
groep mogen aansluiten.
Met hulp uit het publiek werd de ketting er opgelegd en vervolgden Nap/Korstanje
de koers. Optimistisch kozen ze het wiel van de inmiddels gevormde kopgroep
Lukassen, Stelleman, Polderman.
4 ronden konden ze het tempo volgen in deze groep. En dat is als beginner goed
te noemen. Notabene moest routinier Luuk Lukassen eerder lossen dan Albert
uit de kopgroep vanwege maagklachten van voorrijder Martin.
In een tweede groep reed Rinne Oost met oa Vlasblom Gerritsen en Delchambre-van
Ginneken. 30 ronden ging het goed, maar toen bleek dat de trainingsarbeid van
Rinne nog niet intensief genoeg geweest was. Spugend zat hij op de fiets bij
Tolleman. Na 1 keer de maag goed omgedraaid te hebben kon hij de koers toch
prima uitrijden.
Sjaak Vlasblom en Rob Gerritsen hadden meer problemen om de koers tot een goed
einde te brengen. In één van de laatste ronden raakten ze betrokken
bij een valpartij. Dit werd door de speaker gemeld. Op een gegeven moment zag
ik Sjaak met een 'hangende arm' voorbij rijden. De tandem van Korstanje en
Nap kwam echter helemaal niet meer voorbij, waardoor ik dacht dat ze beide
gevallen moesten zijn en de toch al wat oudere renner Sjaak dus gewoon kramp
zou hebben.
Het bleek anders te zijn. Nap en Korstanje waren afgestapt om de tandem Vlasblom
weer op gang te trekken. Sjaak was echter met een wat later bleek gebroken
pols weer snel op de fiets geklauterd om geen tijd te verliezen. Nap en Korstanje
moesten op een peloton ligfietsers wachten en verloren daardoor luttele minuten.
Achteraf ontspon zich dan ook een discussie of de mix van tandems en ligfietsers wel zo'n ideale is. Als je goed op een streep ligt is het te doen, maar als je zelf van vermoeidheid al wat slingerend in een groep ligfietsers duikt is dat vrij lastig te noemen voor een tandem. Hier zal het laatste woord nog niet overgezegd zijn, verwacht ik.
Natinaal kampioenschap ID renners:
Na de wedstrijd die afgetekend gewonnen werd door Gorter en Polderman maakten
de ID-ers zich op voor hun Nationale Kampioenschap. Gedoodverfde favoriet was
de kampioen van 2004 Geertjan Hamers. Hij moest zijn trui verdigen tegen 35
kanshebbers. Vorig jaar had hij met zijn overwinning een reis gewonnen naar
de Chineze muur. Hij had de fotoos van de reis bij zich. Puik gedaan , Geert!!!
Al vrij vroeg in de koers wist Geert ook dit jaar een gat te slaan met de rest,
hoewel nummers 2 en drie makkelijker konden volgen dan vorig jaar. Ze volgden
op ongeveer 300 meter afstand. Daarna kwam een groep met op kop Davy Mertens
uit Etten Leur. Davy heeft zich uitstekend weten te ontwikkelen en hij deed
veel kopwerk voor zijn groepje met renners met toch veel meer ervaring dan
Davy.
Heel sterk van hem was dat hij zich niet opblies in de eerste ronden zoals
de nieuweling Rinne Oost, maar heel gedoseerd kwam hij aan de finish. Ik weet
zeker dat we van Davy het nodige kunnen verwachten als wielrenner. Hij heeft
alles mee, zijn lichaamsbouw, zijn kleding en zijn vader als goede supporter/coach.
Hij snapt het spelletje aardig goed.
Ook Maartje viel mij op in de koers. Terwijl de meesten hun best deden om zo
hard mogelijk te gaan, reed Maartje een heel ander tempo. Af en toe riepen
wij wat naar elkaar. Bijvoorbeeld riep ik: Wel Doorrijden Maartje! En dan riep
zij terug: "Nou, ik vind het warm zat zo", of " tjonge, wat
een uitslovers hier " en ook een keer: "ik rijd goed, he?" Nou
die Maartje komt er ook wel, ze was tenslotte als 25 ste over de finish. Al
met al heb ik twee mooie wedstrijden kunnen zien.
Theo Verlouw en Michael Zijlaard op de Derny heb ik gemist, maar Theo kwam
zo diep zwetend de kantine binnen terwijl wij achter ons lekkere satehtje zaten,
dat ik meteen dacht: dat zit ook wel goed.
Slagveldstraat:
De volgende dag trapten we een toertocht weg langs de blauwe Oosterschelde
met zijn teruggekeerde sponzen en netdieren. (Dit zijn diersoorten die sinds
kort weer terug zijn in dit watermilieu een teken dat het goed gaat met het
'opschonen' van dit gebied.)
Na de passage van het stadje Veere sloot een solo rijder zich bij ons aan.
Het was een solorijder met een welhaast paralympisch levensverhaal, waarvan
ik meteen dacht: dit moet Jan Mulder wel aanspreken.
De man vertelde dat hij eindelijk weer fietste nadat hij maar liefst vijfentwintig
jaar in een rolstoel gezeten had. Opmerkelijk, hij reed een heel stevig tempo. "Ja,
ik ben indertijd geschept door een vrachtwagen, m'n been lag aan puin!" Je
ziet er anders weinig van, zei ik (je hoort wel eens vaker wat in het circuit,
ik deed hier even het woord, Jan luisterde ademloos mee) "Nou, je kunt
het weldegelijk zien." Hij zette nog eens aan en kwam wat dichter bij
ons fietsen. Al rijdend stroopte hij zijn broekspijp op en liet een enorme
Jaap zien over zijn hele linkerbeen. "Duidelijk" zei ik en wij reden
wat door om hem verder te motiveren en inspireren. Na een paar kilometer losten
we hem.
Daarna stapte ik op de fiets voor de terug etappe naar Arnhem. De voortekenen
logen er niet om. In Krabbendijke reed ik door de Slagveldstraat. Nog geen
half uurtje later zag ik in een klein cafeetje hoe Hincapie Michael Boogerd
klopte in de Koninginnerit van de tour de France. De eigenaar van het cafe
die duidelijk onder de plak zat van zijn vrouw heeft er alles aan gedaan om
zijn bezoekers mee te laten genieten van deze rit, waarvoor hulde.
Wat moest hij hiervoor doen? Twee en halfuur zijn mond houden. Had hij wat
gezegd dan was de TV onherroepelijk uitgegaan.
De man hield wijselijk zijn mond en elke keer als hij toch wat geluid begon
te pruttelen gaf ik hem een tikje op de schouder. SSSST.
Daarna reed ik via de Van Voorst tot Voorststraat in Vught en dorpen als Lith,
Maasbommel en Druten terug naar Arnhem. Het enige noemenswaardige is nog dat
ik een platte band reed in het bouwverkeer van Rosmalen. Braspenning legde
er vakkundig twee nieuwe buitenbandjes op met gele anti-lekstrip, waardoor
ik nu met knalgele banden rijd. Niet onaardig.
En tenslotte zag in in een fietsenstalling bij Elst nog een echte oude Raleigh
staan. Achter slot en grendel en met een goed kettingslot vastgelegd. Morgen
nog maar eens kijken daar. Al met al een heel geslaagd wielerweekeinde zo en
ik hoop dat iedereen zelf iets van de charmes van deze sport heeft kunnen meebeleven.
Uw verslaggever Victor Droop